Ewa werd in 1961 in Polen geboren en zat als kind al vol dromen en creativiteit. Toen ze op haar vijftiende thuis een oude Zenith-camera vond, was ze verkocht. Op de naschoolse fotoclub van de middelbare school kon ze naar hartenlust experimenteren en haar eigen kijk ontwikkelen. Ze was nog maar begin twintig toen ze naar Nederland kwam. Na een jaar bij een fotograaf in Schagen gewerkt te hebben, kreeg ze in 1985 het aanbod om de studio en de fotowinkel over te nemen waar ze haar foto’s liet afdrukken. “Dat was drie nachten niet slapen en toen heb ik het gedaan. In 2015 heb ik de winkel weggedaan, want ik merkte dat ik alleen nog maar geld verdiende met mijn fotografie en daar het personeel van betaalde. Dat was mijn beste beslissing ooit. Nu heb ik een eigen fotostudio aan huis waar ik fotografie in opdracht doe, workshops geef en mijn vrije werk maak. Je moet geld verdienen dus doe je eerst ook opdrachten die je niet leuk vindt, maar je groeit en dan maak je keuzes wat je nog wel en niet doet. Ik neem steeds weer nieuwe beslissingen en dat houdt me jong, ik ga met de tijd mee.”

“Rosa’s moeder heeft mij ooit een berichtje gestuurd dat ze een mooie dochter had en of ik foto’s van haar
zou willen maken. Nu krijg ik dit verzoek vaker, maar toen ik Rosa zag kon ik geen nee zeggen. Deze foto is ontstaan tijdens de proefshoot, waarbij we gewoon wat aan het uitproberen waren en het was meteen goed. Ik gebruik bij de fotobewerking veel eigen presets en die heb ik voor deze foto ook gebruikt. Ik krijg heel veel vragen van mensen die deze presets willen kopen maar ik weet nog niet of ik dit wil doen.”
Ben je meteen overgestapt naar digitale fotografie?
“Ik moest wel even wennen, want ik was erg gehecht aan mijn Mamiya-camera, maar toen ik Photoshop ontdekte, was ik meteen om. Ik kan me meer uiten en creatiever zijn dan bij analoge fotografie. Maar ik vind wel dat de basis van je foto meteen goed moet zijn; je kunt er niet naderhand met Photoshop licht bij verzinnen, dat nooit.”
Heb je voorkeur voor daglicht of studiolicht?
“Ik gebruik allebei. Ik werk vaak met één lamp, soms twee lampen; het ligt aan de sfeer die ik wil hebben. In de studio heb je alles bij de hand, maar er is ook een afgelegen schuur waar ik vaak fotografeer en die alleen ík mag gebruiken. Ik zoek altijd naar licht.”
Waarom is het Rembrandt-licht momenteel zo populair bij fotografen?
“Ik weet het niet, ik ben daar al vier jaar mee bezig. Ik denk omdat het echt is en bepaalde gevoelens van toen geeft. Het geeft mij een soort rust in onze snelle wereld. Zoals de film Michiel de Ruyter met het VOC-schip de Batavia, die kan ik non-stop kijken. Vooral als ze binnen in het schip zijn is er zulk mooi licht…Dat licht zoek ik. Ik ben geen gemakkelijke om een film mee te kijken, want ik kijk altijd naar het licht enzie het meteen als er iets niet klopt, bijvoorbeeld als iets op een andere dag is opgenomen. Oude films en oude schilderijen inspireren me. In mijn workshops leer ik mensen hoe ze fine art-portretten kunnen maken met Rembrandt-licht. Soms komen er fotografen van wie ik ooit dacht dat ze beter waren dan ik, dat is voor mij echt een compliment.”
Veel van je foto’s hebben een blauwige, groenige gloed.
“Klopt, dat heb ik zelf ontwikkeld in Photoshop. Mensen kopen vaak bepaalde acties en presets, maar ik maak ze zelf. Ik krijg vaak opdrachten omdat ik dit zo kan maken en niemand anders, maar ik kan niet alle foto’s zo bewerken want dat is saai. Het past ook niet bij alles. Ik werk nu veel in kleur, maar maak ook zwart-wit. Ik werk alleen met Photoshop en experimenteer veel. Soms verzin ik iets en dan moet ik het meteen opschrijven, anders vergeet ik het. Ik zie weleens werk van anderen waarbij elke foto hetzelfde bewerkt is, onder het mom van een eigen stijl. Dat is prima, maar ik kan dat niet. Ik laat mij nooit in één hokje plaatsen. Mensen zeggen van mij ook dat ik een eigen stijl heb, maar ik ben wel altijd op zoek naar nieuwe uitdagingen. Ik wil niet stil blijven staan, maar me altijd ontwikkelen. Ik kan ook nog leren van andere fotografen. Sommige fotografen bewonder ik, maar ik volg ze niet, want ik wil niet door ze beïnvloed worden. Ik wil mijn eigen weg gaan, met mijn licht, mijn emotie in de foto, en dat moet zo blijven.”

“Estrella is, net als Joy en Fleur, een van mijn muzen. Ik deed een keer een workshop waarbij ouders met hun kinderen kwamen en ik hun leerde hoe zij hun kinderen beter kunnen fotograferen. Estelle was een van de kinderen en zij had iets wat mij aansprak. Op het eind van de workshop wilde ik zelf nog even snel alle kinderen fotograferen. Estelle stond voor mij, ik deed heur haar los, ik keek in de zoeker en dacht, wow, dit is bijzonder. Ze kan zo mooi kijken. Ik ben inmiddels bijna een tante van haar geworden, soms moet ik haar even corrigeren omdat ze vergeet dat ze mijn model is. Bij deze foto waren we bijna klaar toen ik zei, ‘We doen er nog een.’ En gelukt!”

“Ik ga al drie jaar achter elkaar naar deze herberg in Polen, die wordt gerund door twee kunstenaars. Artiesten uit de hele wereld komen hier naartoe, omdat het een locatie met prachtig licht is. Elk hoekje van dit huis zit vol inspiratie, ik voel me er net een ontdekkend 16-jarig meisje en ik kom er tot rust. Het is een plek die ik alle fotografen gun die op zoek zijn naar zichzelf en naar inspiratie. Ik heb hier met Magda een serie foto’s gemaakt, de plek waar zij ligt in de foto is qua licht mijn lievelingsplek.”
Hoe kom je aan je modellen?
“Vaak zie ik ze op straat of op internet, en bij de McDonald’s kwam ik ook een keer een leuk meisje tegen. Soms vraag ik iemand na afloop van een foto-opdracht. Mijn voorkeur gaat uit naar mensen die nog weinig modellenwerk hebben gedaan. Ik heb een paar keer met professionele modellen gewerkt en een keer zelfs met een topmodel, maar op een bepaald moment was ik haar kwijt, ze was alleen maar aan het poseren. Dat is prima voor beginnende fotografen, maar niet voor iemand die haar eigen ideeën heeft. Ze deed het prachtig, maar ik hoef dat poppengedrag niet. Als iemand nog nooit model heeft gestaan, krijg je het mooiste resultaat. Een aantal modellen is mijn muze, zoals Fleur. Zij poseert gelukkig alleen bij mij en tijdens mijn workshops. Daar ben ik heel blij mee, want we hebben een heel leuke band opgebouwd. Ik zie modellen soms zo groeien; het is hartverwarmend als je ziet dat iemand zoveel vertrouwen krijgt. Dan krijg je een meisje van negen dat heel verlegen is, en drie tot vijf sessies later zie je haar kijken…. Dan heb ik kippenvel. En dat gebeurt niet alleen met meisjes, ook met vrouwen. Naast de mooie foto’s geef ik ze zoveel zelfvertrouwen, en dat is ook belangrijk. Fotografen moeten niet alleen maar fotograferen, maar ook mensen aanvoelen. Iemand moet zichzelf bij je kunnen zijn, zich thuis voelen. Maar het gaat niet alleen om het model, de foto moet ook inhoud hebben.”
Weet je van tevoren al hoe de foto moet worden?
“Ja dat weet ik wel, maar dat kan tot de deur van de studio zijn en daarna helemaal veranderen. Als ik een model heb dat ik ken dan heb ik meestal een bepaald concept in mijn hoofd, en weet ik welke kleding ik wil gebruiken. Maar als een moeder haar kind wil laten portretteren dan weet ik van tevoren niet wat ik verwachten moet. Maar dat is energie; tijdens de shoot weet ik precies wat een kind aan moet en dan zegt de moeder: ‘Dat geloof ik niet, dit is precies mijn kind!’ Dat in het diepe springen is eigenlijk het mooiste, dat vind ik heerlijk. Het werkt niet altijd om van tevoren alles vast te hebben staan. Als ik de foto gemaakt en bewerkt heb, wacht ik een paar dagen om het te laten bezinken, en daarna weet ik dat het goed is. Het gaat er niet om hoeveel tijd er in een foto zit, maar hoeveel emotie een foto kan oproepen, en het verbaast me soms hoe blij mensen zijn met mijn foto’s. Je hebt je goede en slechte dagen, en soms heb je het gevoel dat je niets kunt. Als je dan bijvoorbeeld op Instagram een compliment krijgt over een foto dan kan dat je hele dag goedmaken. Fotografie is een bijzonder bindmiddel; sommige foto’s spreken me zo aan, dan weet ik meteen dat ik een klik heb met die fotograaf.Ik stel vaak voor om samen iets te gaan doen, het hoeft niet altijd iets op te leveren. Zo ga ik één keer per jaar in Polen naar een bijeenkomst van fotografen, en daar maken we samen leuke dingen. Dat is gewoon genieten.”

“Je ziet veel foto’s van mensen met een tasje op het hoofd, dat inspireert mij maar ik wil absoluut niet hetzelfde doen. Ik had heel mooi papier gekocht voor het inpakken van mijn werk, daar heb ik twee stukken uitgeknipt voor het kapje. Onder de kin zit een elastiekje, dat heb ik met de computer weggehaald. Ik ben heel creatief met kleding: voor wordt achter, een rok wordt een muts, een bloesje wordt een broek. Hoe minder ik heb, hoe creatiever ik word.”

“Nina wil actrice worden en ze voelt precies aan hoe ik het hebben wil. Bij het maken van deze foto wist ik dat ik dit verhaal wilde. Ik heb haar haren zo gedaan dat haar gezicht niet zichtbaar was. Op een van de foto’s die ik van haar maakte, zag ik haar blik die nu in het masker zit, dat paste er zo goed bij. Dit is helemaal Nina. Haar moeder heeft het haar zo volumineus gemaakt, normaal is het stijl. Dit was mijn eerste sessie met haar en er zijn veel mooie foto’s uit gekomen.”

“Een kennis stuurde mij een foto van een jongetje van wie ze dacht dat het echt een model voor mij was, en ik dacht: ja, dat is mogelijk, maar ik weet het pas zeker nadat ik hem zelf gefotografeerd heb. Toen Samuel met zijn ouders langskwam, was er meteen een klik. Hij vond het echt leuk om te doen, hij was helemaal niet bezig met poseren. De ogen weerspiegelen het karakter en Samuels ogen voel ik helemaal in mijn maag. Dat is wat ik altijd zoek in mijn foto’s. De vlinders in het kastje zijn door de ouderdom roodbruin geworden en dat past zo mooi bij de foto.”

“Dit is de eerste foto uit mijn nieuwe project Zodiac, over de twaalf sterrenbeelden. Alle attributen die op de tafel liggen zijn van mij en het brood komt van mijn bakker. Het jurkje heb ik ooit gekocht, ik heb alleen het kraagje eraan toegevoegd. Ik wilde geen standaardbeeld van de weegschaal laten zien en dit spreekt mij heel erg aan. Hoeveel graan heb je nodig om een brood te bakken? Dat is ook een weegschaal. De achtergrond heb ik gekocht toen ik een wat oudere sfeer in mijn foto’s wilde gaan creëren. Het briefje op de foto is een origineel briefje van ontvangst waar ik heel zuinig op ben.”

“Alle attributen op de foto zijn van mij en ik heb hetzelfde licht en dezelfde bewerking toegepast als bij de weegschaalfoto. Dit beeld is, net als de overige foto’s, gemaakt met mijn Nikon D800 camera en de F1,4/85 mm lens die ik meestal gebruik.”
Wordt het niet tijd voor een expositie?
“Het is mijn droom om mijn foto’s in een goede galerie te zien hangen. Ik heb weleens een aanbod gehad om in een restaurant te exposeren, maar daar begin ik niet aan. Ik heb zelf wel wat galeries gebeld en toen kon ik werk opsturen, maar ik ben bang om afgewezen te worden. Er was wel iemand die mijn foto’s wilde verkopen, maar toen ik hoorde welke bedragen ik dan zou krijgen, dacht ik: dat gaat niet gebeuren. Ik ben nu in onderhandeling met een postergalerie die mij benaderd heeft.”
Aan welke projecten werk je nu?
“Ik ben bezig met een serie waarbij ik kleding gebruik die ik zelf van papier-maché heb gemaakt, en ik werk aan een serie van de twaalf sterrenbeelden. De weegschaal en de waterman heb ik al. Ik geef mezelf een jaar om ze allemaal te maken. Maar ik zit altijd vol nieuwe ideeën, ben ook bezig met een serie foto’s die ik naar een bestaand schilderij maak.”
Ik las ergens dat je ook straat fotografie zou willen doen.
“Ja, dat zou ik echt graag doen, maar ik durf het niet. Iedereen zegt altijd dat ik alles durf, en als het moet kan ik brutaal zijn – wel op een leuke manier –, maar dit durf ik niet. Afgelopen september stond ik in de metro van Siena en bij de deur stond een Chinees meisje; het licht viel zo mooi op haar, maar ik kon het niet. Ik was samen met een collega en toen hebben we net gedaan alsof we foto’s van elkaar maakten. Ik heb het meisje daarna laten zien dat ik een foto van haar had gemaakt en ze vond het gelukkig prachtig. Of soms kan in het vliegtuig het licht zo mooi vallen op een hand die een boek vasthoudt, maar dan doe ik het niet. Ik woon nu nog in een klein dorpje waar iedereen mij kent; als ik hier een foto maak, gaan mensen meteen poseren. Ik hoop dat dat verandert wanneer ik naar Amsterdam verhuis. Mijn schoonzoon heeft daar een boot, dan ga ik stiekem vanaf de boot schieten.”
www.ewafotos.com
www.instagram.com/ewa_cwikla_photography

“Het jurkje heb ik in een bloemenwinkel gekocht waar het hing als versiering, en de druiven heb ik in de tuin geplukt. Joy heeft in de loop der tijd zoveel zelfvertrouwen gekregen, daar geniet ik van. Ik ben nog bezig met een ander beeld voor het teken maagd, wat heel anders zal worden dan hoe we over de maagd denken, maar daar verklap ik nog niets over.”