Rennend gaan we de trappen op, zes verdiepingen hoog, het zware kogelvrije vest bonkt op mijn schouders. “EN! Weer terug!!” roept onze veiligheidstrainer Ruben hard en genadeloos. De trappen in het NPO-omroepgebouw kraken onder mijn beste bedoelingen het tempo hoog te houden. Joost, de cameraman, rent lichtvoetig achter me, het is maar net wat je leuk vindt.

Beneden op de binnenplaats wacht een slachtoffer badend in het bloed op onze reddende hulp. Als we hijgend en piepend naderbij rennen, zien we dat alles wat we die ochtend geleerd hebben in deze patiënt is verwerkt… Waar te beginnen? Radeloos denk ik aan de tekeningen van de cruciale organen en functies. “Dit is wat ik bedoel!!” buldert Ruben, die naast het tempo ook onze stress- en adrenalineniveaus hoog wil houden, waarbij wij dan juist moeten blijven handelen.

Het begon allemaal zo rustig, met koffie, een broodje en het doornemen van het veiligheidsplan: wat te doen en vooral niet te doen in Oekraïne. Naarmate de dag vorderde, werden de scenario’s steeds realistischer; van GPS-trackers, om de zoveel tijd melden, tot codewoorden, avondklok en vluchtroutes.
Het lijkt wat overdreven, maar met reeds gewonde en omgekomen collega’s kan de voorbereiding niet goed genoeg zijn. De status van de pers is al tijden in het geding, je maakt kennelijk propaganda voor de ene of de andere partij, dus nu zijn we een doelwit.

De cameratas is inmiddels gevuld met mijn vertrouwde spullen, Leica, een middenformaat en de panoramacamera’s, alle lenzen vallen zo op hun vertrouwde plek. En deze keer gaat er meer analoog mee, want ik heb een Oekraïense doka ontdekt… Maar wel chemie en papier meebrengen graag.
Dus zodra mijn oude auto start, rijd ik samen met mijn collega’s oostwaarts; we verblijven de komende periode in Oekraïne. Joost maakt een film, die hopelijk volgend jaar de tv haalt, primetime is mij toegezegd!
Deze column komt uit Focus november 2022